Paper piecing

Als je als beginnend quiltster deze term hoort denk je vast wat kan ik hier nou mee?? Eigenlijk kun je er ontzettend veel mee want de mogelijkheden zijn eindeloos. Ook het aanbod in patronen is groot op het internet.

Paper piecing betekend vrij vertaald papieren stukjes en eigenlijk klopt dat ook wel want je werkt met de kleine delen van je papieren patroon.

Het grote voordeel van Paper piecing is dat als je erg veel blokken wilt maken deze allemaal exact hetzelfde worden. Bovendien kun je er tot de kleinste deeltjes heel secuur mee werken.  Verderop in dit blog laat ik nog wat voorbeelden zien.

Nu is het niet zo dat je er alleen blokken mee kunt maken maar zelfs hele grote quilts kunnen op deze manier gemaakt worden.

Hoe werkt Paper piecing ??

Als simpel voorbeeld om mee te beginnen nemen we een Log cabin patroon. Dit patroon neem je over op Theezakjespapier. Je zou het kunnen printen op theezakjespapier maar dat lukt niet met elke printer. Overtrekken is eigenlijk een hele snelle manier.

Dan is het heel handig om een extra patroon af te drukken waar je alle delen van uitknipt en die dan uit de stof knipt.

Wanneer je je Paper piecing patroon hebt overgetrokken zorg er dan voor dat je er ook een extra randje omheen tekent van ¼ inch.

Voor deze ¼ inch bestaat een speciale liniaal, de zogeheten: ad a quarter inch ruler. Hierover zo meer

Om te beginnen knip je alle patroondeeltjes uit de stof. Hiervoor leg je de stof met de verkeerde kant naar boven en speld je het patroondeeltje met het cijfer naar boven op de stof en knipt deze royaal uit met ongeveer 0,75 cm naadtoeslag. In het geval van een log Cabin blok zullen de stukjes altijd passen omdat ze niet gespiegeld gebruikt worden maar dit wordt anders met verschillende vormen in een Paper piecing patroon.

Daarom is het handig om in het begin te werken zoals het hoort zodat de techniek van Paper piecing het snelst eigen gemaakt kan worden.

Om te beginnen leg je je theezakjespatroon met de goede kant naar onder en leg je je eerste deeltje op vakje 1. Nu pak je lapje 2 en legt die met de goede kant op lapje 1 en speld het even vast

Draai nu het geheel om en stik op de goede kant van het theezakjes papier het lijntje van de eerste 2 deeltjes. Je mag gerust 2 steken verder naaien dan de lijn lang is. Draai het werk om en strijk het naadje goed plat met je vinger of met een strijkijzer.

Nu ga je hetzelfde doen met lapje 3. Op de foto laat ik zien dat het stukje stof veel te groot is maar dat werkt ook prima. Naai het deel vast en dan komt nu het voordeel van het gebruik van een ad a quarter ruler Als je het geheel

Hebt omgedraaid vouw je het theezakjes papier om op het lijntje

De dikke rand van de lineaal schuif je tegen het papier aan en nu snij je het teveel aan stof af. Op deze manier worden de naden altijd even breed en snij je nooit per ongeluk scheef of in het patroon.

Op deze manier vul je alle vakjes op in  de volgorde van de nummering. Je kunt kiezen voor allemaal verschillende lapjes maar ook bv werken met alleen licht en donker dat geeft ook een leuk effect.

Soms heb je ook een paper piecing patroon dat in meerdere delen aan elkaar gezet moet worden omdat de stukjes bv heel ongelijk zijn. Als voorbeeld hier een leuk patroon van een kip.

Zoals je ziet bestaat dit Paper piecing patroon uit 5 delen. Je begint dus met cijfer 1 en werkt dan zo verder deel voor deel af. Voor de kleuren kijk je goed naar de afbeelding van de kip. Als je alle 5 delen af hebt naai je deel A aan B

Daarna deel C aan D. Dan naai je deel E aan deel C en D en tot slot naai je deel A en B aan de rest.

Hopelijk is de techniek van de Paper Piecing methode een beetje duidelijk geworden.